Gids voor goede praktijken – Swiftwater-ademhalingsapparatuur

Downloadversie: oktober 2023 (PDF)

1. Inleiding

1.1 bereik

Deze richtlijn is bedoeld voor personen die openbare veiligheidsgerelateerde activiteiten uitvoeren (operaties of training enz.) met behulp van Swiftwater-ademhalingsapparatuur (SWBA).

1.2. Definities.

hulpstoffen betekent apparaten die worden gebruikt om het zwemmen te vergemakkelijken, zoals vinnen, maskers en drijfhulpmiddelen.

Goedgekeurde vuller betekent een persoon die voldoet aan de lokale wettelijke vereisten voor het herladen van een cilinder met gecomprimeerd gas (bijv. SWBA).

Erkende instructeur betekent een persoon die als SWBA-instructeur voldoet aan de eisen die in deze richtlijn zijn vastgelegd.

Competent persoon is een persoon die voldoet aan de vereisten van de plaatselijke toezichthouders voor het uitvoeren van visuele en hydrostatische tests van gascilinders.

Cilinder betekent een in aluminium of composiet verpakte gascilinder van maximaal 450 ml (watervolume), gebruikt als onderdeel van een typegoedgekeurde SWBA.

Ademhalingssysteem betekent een SWBA-product zoals gespecificeerd in bijlage A.

Richtlijn verwijst naar deze richtlijn (PSI Global Good Practice Guide – Swiftwater Breathing Apparatus).

Operator een persoon die volgens deze richtlijn gecertificeerd is om SWBA te gebruiken of iemand die traint om een ​​dergelijke certificering te behalen onder direct toezicht van een erkende instructeur.

Onderhoudsmonteur betekent een persoon die door de fabrikant is geautoriseerd om onderhoud aan de betreffende SWBA uit te voeren.

Swiftwater-ademhalingsapparaat (SWBA) betekent het gebruik van een noodademhalingssysteem tijdens overstromingswater en activiteiten met overstromingswater om ademhalingsbescherming te bieden tegen het opzuigen van water, terwijl het drijvend blijft aan de oppervlakte, zonder de intentie om onder de oppervlakte te duiken.

1.3 Afkortingen

ADAS Accreditatieschema voor Australische duikers

CMAS Confederation Mondiale des Activites Subaquatiques

DAN Duikerwaarschuwingsnetwerk

DEFRA Ministerie van Milieu, Voedsel en Plattelandszaken (VK)

EBS Noodademhalingssysteem

GPG Gids voor goede praktijken

IPSQA Internationale autoriteit voor kwalificaties op het gebied van de openbare veiligheid

ISO Internationale Organisatie voor Standaarden

NAUI Nationale vereniging van onderwaterinstructeurs

NFPA National Fire Protection Association

PADI Beroepsvereniging van duikinstructeurs

PFD Persoonlijk drijfapparaat

PSI Instituut voor openbare veiligheid

MKBA Autonoom ademhalingsapparaat (gesloten circuit)

SCUBA Onafhankelijke onderwater ademhalingsapparaat

SSI SCUBA-scholen internationaal

SWBA Swiftwater-ademhalingsapparaat

UHMS Onderzeese en hyperbare medische samenleving

WRSTC Wereldraad voor recreatieve duikopleidingen

1.4 Erkenning en Creative Commons-licentie

1.5.1 PSI Global erkent dat deze Gids voor Goede Praktijken is aangepast van de WorkSafe Nieuw-Zeelandse richtlijn voor goede praktijken voor duiken.

1.5.2 Als onderdeel van de creative commons-licentie die door WorkSafe New Zealand op hun richtlijn is ingesteld, is de PSI Global Good Practice Guideline voor SWBA een open access document.

1.5.3 Deze Gids voor Goede Praktijken valt onder een Creative Commons Naamsvermelding-Niet-commercieel 3.0 NZ-licentie.

2. Veiligheidsbeheersysteem

2.1 Personeel

2.1.1 Personeel dat SWBA-activiteiten onderneemt of ondersteunt, moet een oriëntatie op deze richtlijn krijgen.

2.1.2 Exploitanten mogen niet duikers worden genoemd, tenzij ze van plan zijn buiten deze richtlijn te duiken en te opereren.

2.2 Geschiktheid voor werk

2.2.1 Exploitanten moeten over de kracht, fysieke fitheid en geestelijke gezondheid beschikken om SWBA-activiteiten veilig uit te voeren.

2.2.2 Ze moeten minimaal in staat zijn om op comfortabele wijze:

2.2.3 Exploitanten moeten ook een medische verklaring hebben en behouden die voldoet aan een medische duikmedische norm of een hogere standaard (CMAS, DAN, RSTC, UHMS).

2.2.4 Operators en erkende instructeurs die SWBA-activiteiten uitvoeren mogen niet worden gehinderd door vermoeidheid, drugs of alcohol.

2.3 Opleiding

2.3.1 Exploitanten moeten een erkend duikbrevet hebben en behouden dat voldoet aan ISO 24801-1 (duiker onder toezicht) of hoger (zoals een militaire of commerciële duikbrevet).

2.3.2 Exploitanten moeten in het bezit zijn en blijven van een erkende certificering voor reddingstechnici voor hoogwater (bijv. IPSQA, PSI Global, Rescue 3, DEFRA, PUASAR002, NFPA etc.)

2.3.3 Exploitanten moeten een medische vragenlijst voor recreatief duiken invullen en deze aan een erkende instructeur overhandigen voordat ze met de praktijktraining beginnen. Er mag geen praktische training worden gevolgd als de operator geen enkele initiële screeningvraag beantwoordt, tenzij er medische toestemming is verleend door een arts of arts.

2.3.4 SWBA-certificering en hercertificeringstraining moet bestaan ​​uit:

2.3.5 Het onderhoud van de SWBA-certificering (2.3.4) moet worden gedaan met behulp van een real-time verifieerbaar document (dwz online QR-code).

2.3.6 Exploitanten zijn vrijgesteld van clausules 2.3.1 tot en met 2.3.5 wanneer zij een micro-credential-certificering hebben en behouden in overeenstemming met IPSQA Standard 5002 (Swiftwater Breathing Apparatus Operator), aangezien deze certificering dergelijke vereisten overtreft.

2.3.7 Exploitanten moeten jaarlijks een vaardigheidstest uitvoeren om hun vaardigheid tussen de hercertificeringen te garanderen.

2.3.8 Erkende instructeurs moeten het volgende bezitten en onderhouden:

2.4-apparatuur

2.4.1 Reiniging

2.4.1.1 SWBA-apparatuur moet na gebruik en tussen gebruikers worden gereinigd en ontsmet om infectie te voorkomen. Oplossingen kunnen zijn:

2.4.1.2 SWBA-apparatuur die in natuurlijke waterwegen wordt gebruikt, moet worden geïnspecteerd en gereinigd in overeenstemming met lokale wettelijke vereisten (indien van toepassing) om verspreiding van bioveiligheidsrisico's te voorkomen (bijv. Didymo)

2.4.2 opslag

2.4.2.1 SWBA-apparatuur moet worden opgeslagen in beschermende koffers in een veilige, schone, droge en koele omgeving.

2.4.2.2 Opslag van SWBA-apparatuur in warme omgevingen en in direct zonlicht moet worden vermeden, omdat dit kan leiden tot uitzetting van de lucht, waardoor de breekplaat kan scheuren.

2.4.3 Onderhoud

2.4.3.1 SWBA-cilinders moeten minimaal elke twee jaar visueel worden geïnspecteerd door een bevoegd persoon.

2.4.3.2 SWBA-cilinders moeten minimaal elke vijf jaar een hydrostatische test ondergaan door een bevoegd persoon.

2.4.3.3 Bij SWBA-cilinders moeten de datums voor de visuele inspectie en het hydrostatische testcertificaat op de buitenkant zijn aangegeven.

2.4.3.4 SWBA-fittingen (regelaars, slang, manometer) moeten jaarlijks of volgens de instructies van de fabrikant worden onderhouden door een servicemonteur.

2.4.3.5 Het opladen van SWBA-cilinders moet worden gedaan door een goedgekeurde vuller die gebruik maakt van ademende (niet-verrijkte) lucht die voldoet aan de luchtkwaliteit voor duiken.

2.4.3.5.1 De luchtkwaliteit moet periodiek worden getest om er zeker van te zijn dat deze niet vervuild is.

2.4.3.5.2 SWBA-cilinders moeten volledig zijn opgeladen (100%) voordat ze klaar voor gebruik worden opgeborgen.

2.4.3.6 Wanneer SWBA-cilinders niet volledig opgeladen moeten worden opgeslagen, moeten ze worden opgeslagen met een nominale druk (ongeveer 30 bar) om te voorkomen dat vocht en andere verontreinigingen binnendringen.

2.4.3.7 In het geval van een barstschijf moet deze worden vervangen en moet de SWBA worden gecontroleerd door een servicemonteur.

2.4.3.8 De SWBA-cilinder moet worden geëtiketteerd volgens bijlage A.

2.4.3.9 SWBA-cilinders moeten elke 6 maanden worden bijgevuld met verse lucht.

2.4.3.10 Registratie van onderhoud, service en testen moet worden bijgehouden in overeenstemming met de plaatselijke regelgeving.

2.4.3.11 Customization of type-approved devices (i.e. adding valves, substituting parts etc) must be approved by the manufacturer.

2.4.3.12 Kevlar or similar advanced cut protected hoses should not be used as these reduce the ability to cut if entangled in an emergency.

2.4.4 Montage

2.4.4.1 Maskers en mondstukken die in combinatie met SWBA worden gebruikt, moeten worden aangebracht en getest.

2.5 Risicobeheer

2.5.1 Er moet een risicobeheer- of veiligheidsplan worden ontwikkeld door de entiteit die verantwoordelijk is voor SWBA-activiteiten en dit moet worden gecommuniceerd aan degenen die erdoor worden beïnvloed.

2.5.2 Het risicobeheerplan moet de identificatie van gevaren, de gevarenbeheersing, normale operationele procedures en operationele noodprocedures omvatten en moet door de entiteit zijn goedgekeurd.

2.5.2.1 Normale bedrijfsprocedures moeten het volgende omvatten:

Zoals wanneer de gebruiker niet van plan is te duiken, maar op diepte onder water wordt gedwongen, waarbij de operator SWBA moet gebruiken (dat wil zeggen watervalhydraulisch) 

2.5.2.2. Noodprocedures moeten het volgende omvatten:

2.5.3 Het risicobeheerplan moet minimaal jaarlijks worden herzien.

2.6 Eerste hulp

2.6.1 Bij het uitvoeren van SWBA-activiteiten moeten adequate eerstehulpvoorzieningen en opgeleide eerstehulpverleners beschikbaar zijn.

2.6.2 EHBO’ers moeten gekwalificeerd zijn om:

2.6.3 EHBO'ers moeten hun opleiding opnieuw kwalificeren in overeenstemming met de lokale vereisten, maar niet minder dan elke drie jaar.

2.6.4 SWBA-activiteiten moeten ter plaatse toegang hebben tot zuurstof en een Automatische Externe Defibrillator.

2.7 Incidentrapportage

2.7.1 Bijna-ongelukken, incidenten die letsel of schade veroorzaken, verwondingen, ziekte en overlijden moeten worden geregistreerd en gerapporteerd in overeenstemming met de lokale wettelijke vereisten.

2.7.2 Elke gebruiker van SWBA of zijn supervisor moet SWBA-veiligheidsincidenten en bijna-ongevallen binnen 7 dagen melden via het PSI SWBA incident reporting form.

3. Veilige bedieningsprocedures

3.1 Intentie

3.1.1. SWBA-activiteiten mogen niet worden uitgevoerd met de bedoeling om te duiken. Als er sprake is van opzet, moeten de openbare veiligheids- of commerciële duikprotocollen worden gevolgd.

3.1.2 SWBA-activiteiten moeten ervoor zorgen dat de bestuurder een positief drijfvermogen heeft en dat er geen loodgordelsysteem wordt gebruikt.

3.1.3 SWBA mag worden toegediend aan een slachtoffer dat wordt geconfronteerd met een levensbedreigende noodsituatie, op voorwaarde dat een dergelijke interventie de veiligheid van de reddingswerkers niet in gevaar brengt.

3.2 Teamposities

3.2.1 Naast de normale bemanning en posities op het gebied van overstromingswater moeten SWBA-activiteiten de volgende specifieke posities ter plaatse hebben:

3.2.2. Er moet een veiligheidsfunctionaris worden aangewezen en waar mogelijk moet deze persoon voldoen aan de SWBA-certificeringsvereisten voor operators.

3.2.3 De primaire operator, secundaire operator, begeleider en supervisor moeten voldoen aan de SWBA-certificeringsvereisten voor operators.

3.3 Briefing

3.3.1 Voordat met SWBA-activiteiten wordt begonnen, moet er door de toezichthouder een briefing worden gegeven. Het moet het volgende bevatten:

3.3.2 De briefing kan ook aanvullende informatie bevatten, zoals:

3.4 Minimale uitrusting

3.4.1 Operators moeten zijn uitgerust en uitgerust met minimaal:

3.4.2 Operators kunnen worden uitgerust en uitgerust met andere apparatuur, waaronder, maar niet beperkt tot:

3.5 Verboden activiteiten

3.5.1 SWBA-activiteiten onder deze richtlijn mogen niet worden gebruikt in de volgende omstandigheden of omstandigheden:

3.6 Aanbevolen signalen

3.6.1 De briefing moet signalen bevatten om te communiceren tussen de operator en de begeleider:

3.6.2 Bij de briefing kan gebruik worden gemaakt van de aanbevolen SWBA-signalen volgens onderstaande tabel.

Hand signaalFluiten
Gaat het?Platte hand op hoofd
Ik ben okPlatte hand op het hoofd als reactie
Er is iets foutPlat hand kantelen
Ik heb weinig luchtVuist op de voorkant van de helmNB
Ik heb geen lucht meerHorizontale hand die heen en weer schuift over de voorkant van de helmNB
HelpHand uitgestrekt boven zwaaienDoorlopend
Operator terugroepen Vinger ronddraaiend (naar buiten draaiend) en vervolgens in veilige uitgangsrichting wijzend
Stop/aandachtHand naar voren uitgestrekt boven water met opgeheven handpalmEén korte explosie
UpTwee korte stoten
BenedenDrie korte stoten
Touw vrij/los Het handniveau werd wijd naar achteren/voorwaarts boven water bewogenVier korte stoten

Bijlagen

Bijlage A: Aanbevolen SWBA-cilinderlabels

Bijlage B: Typegoedkeuringen

Typegoedgekeurde EBS voor SWBA-activiteiten:

Typegoedgekeurd montagesysteem:

Typegoedgekeurde navulapparaten

Bijlage C: Vaardigheidscontroleformulier

PSI Global: Vaardigheidscheck – SWBA e-formulier

Auteur

Auteur: Steve Glassy

Datum: 22 november 2023

Neem contact op

Neem contact met ons op voor meer informatie over de PSI Global: Good Practice Guide – Swiftwater Breathing Apparatus of voor informatie over de training van operators en goedgekeurde instructeurs.

Disclaimer

Deze publicatie biedt algemene richtlijnen. Het is voor PSI Global niet mogelijk om elke situatie aan te pakken die zich op elke werkplek kan voordoen. Dit betekent dat u moet nadenken over deze richtlijnen en hoe u deze op uw specifieke omstandigheden kunt toepassen.

PSI Global beoordeelt en herziet deze richtlijnen regelmatig om ervoor te zorgen dat deze actueel zijn. Als u een gedrukte of pdf-versie van deze leidraad leest, controleer dan deze pagina om te bevestigen dat uw exemplaar de huidige versie is.

Versiebeheer

22 november 2023: PUASAR002 Trainer/Assessor toegevoegd als gelijkwaardige instructeurseis (2.3.8)

12 januari 2024: Voorbeelden van sterilisatieoplossingen toevoegen (2.4.1), Maskerfitting toegevoegd (2.4.4.1), Gebruik door slachtoffers (3.1.3).

26 januari 2024: Nieuwe vereisten voor incidentrapportage toegevoegd, inclusief URL voor PSI/DAN-incidentrapportageformulier (2.7.2)

23 February 2024: Shears preferred, no customization unless approved, no Kevlar hoses, type-approvals updated.